Het Kruis voor Oorlogsverdienste, in het Duits Kriegsverdienstkreuz geheten, was een Duitse ridderorde of orde van verdienste en werd door de Duitse Rijkskanselier en Führer Adolf Hitler op 18 oktober 1939, iets meer dan een maand na het begin van de Tweede Wereldoorlog, ingesteld.
De orde was nodig om verdiensten die niet met de Orde van het IJzeren Kruis konden worden gehonoreerd desondanks op passende wijze te kunnen belonen. De kruisen werden mét en zonder zwaarden uitgereikt. De zwaarden werden toegevoegd voor bijzondere diensten “oog in oog met de vijand” terwijl de gewone kruisen bestemd waren voor verdienste voor de oorlogsinspanning waarbij men niet met de vijand in contact kwam.
Het Kruis voor Oorlogsverdienste nam de plaats in van het IJzeren Kruis aan het witte lint dat in voorgaande oorlogen aan non-combatanten zoals artsen was verleend. In de eerste oorlogsmaanden werden de kruisen zonder de zwaarden niet toegekend omdat men duidelijk een verschil tussen frontdienst of dienst vlak achter het front, te belonen met zwaarden op het kruis, en dienst aan het thuisfront wilde maken.
Het Kruis voor Oorlogsverdienste der IIe Klasse. Dit kruis werd aan een lint op de linkerborst gedragen. Het kruis werd 2 700 000 maal verleend. Net als bij het IJzeren Kruis werd ook een lint in een knoopsgat van het uniform gedragen.